Column 4

Ik ben geen fietser

Door Jan Fokke Oosterhof, Bestaansverwondering.com 

Ik ben niet zo’n fietser. Althans niet als het gaat om elke week 100 tot 140 kilometer in weer en wind door de polder jakkeren met zo’n pelotonnetje van yuppen met veelsteduur materiaal. Sowieso heeft dat gewriemel in een pelotonnetje niet mijn voorkeur aangezien ik een lompe hork ben. Doodeng, dat precisiewerk. Bovendien ben je dan voortdurend aan het turen naar dat wiel voor je en je positie ten opzichte van andere fietsers terwijl je genietend om je heen zou moeten kijken. 

Laat mij dus maar door de bossen rossen op een MTB of eenzaam, hijgend tegen een steile klim opklauteren. Fietsen in een setting waar de jongens van de mannen worden gescheiden, daar waar fysieke en mentale weerbaarheid de overhand krijgen op het fietsen. Om filosoof Peter Sloterdijk te citeren: ‘…For me, cycling represents a return to the primal man of the savannahs, who during a hunt spends the entire day running, and is constantly high in the process…’ en ‘…Anyone can fight on flat stretches, but those who remain capable of fighting a duel on the worst of Mountains already deserves to be called Hector or Achilles…’ 

Eén keer per jaar met 20 kerels naar de Alpen, spreekt me dus wel erg aan. Met kloppende kop soepel omhoog stoempen over de flanken van bergen met naam. De strijd tegen jezelf en andere individuen. Een peloton van eenzaam lijdende klimmers; een peloton waar ik wel mijn plekje in kan vinden. 

Ik ben dus eigenlijk wel een fietser, maar dan een ‘klimmende veldrijder op een ATB’.

Ik ben er nu reeds klaar voor. 

Ter voorbereiding heb ik een non stop training van het Sauerland naar Nijmegen gemaakt op een oude ATB. 350 kilometer, ofwel een relaas over gruwelijk pijn aan je reet, maar daarover een volgende keer meer.

 

Wordt vervolgd…